Lockdown: the world upside down

Stay home.

If the corona crisis would have taken place seven years ago or before it wouldn’t have changed my lifestyle. To me, it would merely have meant working from home full time rather than one day a week. And that is perfectly fine with me, better than working at the office. Those days, I was always at home, to the extent where my significant other wished I’d start a hobby or something. Now that is the very thing I ended up doing and it is one of the few reasons I am looking forward to the end of the lockdown.

First let me emphasize I realize I am in the luxury position of living with a lovely woman and four nice sons, in a pleasant house with a garden. Therefore I fully understand this lockdown must be quite an ordeal for singles, the elderly or those living in an appartment building with no balcony. Especially for them, I sincerely hope the corona measures can be lifted soon.
That said, I realize the lockdown must be a torment even for those who, like me, have a pleasant home situation but are more extroverted than I am. Though it is hard for me to understand as an introvert, to people who derive a large part of the quality of life from festivals, parties, social events, church services, sports matches or pop concerts, it must be awful to go without these things for a prolonged period of time. Especially in this case where it is uncertain when such events can take place again. It is no coincidence society is increasingly pressuring the government to offer at least some perspective in regard to lifting the corona measures.

As an introvert, I need mass gatherings like these like a hole in the head. And by mass gatherings I mean everything that exceeds about ten or fifteen people. In that respect, the lockdown is no ordeal to me. Fortunately, no one in my country is forced to attend a football match, a church service or a pop concert. On the other hand, certain employers require you to be present at the Friday afternoon drink, and open plan offices have become commonplace. There you are, at a loss for words, forced to participate in meaningless chit-chat, making every effort to produce some conversation. Only to find yourself embarrassed to the point of melting the ground under your feet to lava because what you finally managed to mutter didn’t make any sense after all. And there you are, in a cacophony of calling and talking colleagues, trying to focus on solving a tricky problem.
Fortunately, the above horror scenarios are rare now. Over the years I have learned to stand up for myself. And I learned the power of the word “no”. I will simply refuse to participate in so-called social events, and if I have to concentrate I will make sure I get to a quiet place.

Am I therefore a hermit, or even worse, a misanthropist who cannot stand people around him? Am I a person who doesn’t want or need social contacts? By no means. In fact, meaningful relationships mean a lot to me. People are precious to me. Just because someone is an introvert doesn’t mean he or she doesn’t want to see people. On the contrary. But, speaking for myself, not everybody at the same time please. Two is company, three is a crowd, as the saying goes. For me, the limit is slightly higher. For example, I can fully enjoy an evening meeting with another couple. And since I started my two hobbies in 2014 and 2015, astronomy and climbing, I really appreciate my observation and climbing buddies, and I enjoy meeting them. However, I did not get there easily.

This may be difficult to understand for most people. The majority of the people are extroverted or somewhere between introverted and extroverted. Relating to people and maintaining contacts is quite natural for most people. However, for a minority – although a large one – of introverts, it is hard work involving blood, sweat and tears. As it is, the social norm in our society is extroversion. This is clearly reflected in things like the social events, open plan offices and other inventions that may be a blessing for extroverts but a curse for us introverts.

In that respect I find the lockdown an interesting phenomenon, since in fact the norm has now temporarily been shifted to an introverted lifestyle. Staying at home, social distancing, working from home, no social events. All of those are no problem for an introvert like me. I understand very well, however, that many people miss being around other people and are eagerly looking forward to the relaxation of the corona measures.
Therefore I hope this situation may help these people to better understand the group of introverts in society who prefer avoiding large social events or situations. For example, an understanding from employers, so they provide a quiet workplace – at office or possibly at home – for their introverted employees, and make the Friday afternoon drink an optional, enjoyable time for people who need it. More generally, I hope it will lead to the understanding that not everyone needs large groups of people, while the need for contacts on a smaller scale is strongly present.

In short, I hope the “new normal” becomes a situation where both introvert and extrovert have a place, with mutual respect. Even when the corona virus is no longer around.

RΞM

Lockdown – de omgekeerde wereld

Blijf thuis.

Als deze coronacrisis zeven jaar geleden of eerder had gespeeld, dan had die niets aan mijn levensstijl veranderd. Behalve dan dat ik full-time thuis was gaan werken in plaats van een dag per week. En dat had ik helemaal prima gevonden, net zoals ik dat nu prima vind. Beter zelfs. Thuis was ik toch altijd al, zo erg dat mijn significant other soms verzuchtte of ik niet eens een hobby moest beginnen. Dat heb ik uiteindelijk gedaan, en dat is nu de reden dat ook ik uitkijk naar het einde van de lockdown.

Laat ik eerst vooropstellen dat ik me in de luxepositie bevind dat ik samenwoon met een lieve vrouw en vier toffe zoons, in een plezierige woning met tuin. En ik begrijp heel goed dat deze lockdown, intelligent of niet, geen pretje is voor alleenstaanden, ouderen of degenen die in een flat wonen zonder balkon. In het bijzonder voor hen hoop ik oprecht dat de coronamaatregelen snel versoepeld kunnen worden.
Maar ook voor degenen die net als ik een prettige thuissituatie hebben maar wat extraverter in elkaar zitten dan ik is deze lockdown geen feest. Voor mij is het moeilijk te vatten maar mensen voor wie een groot deel van de kwaliteit van het leven ligt in festivals, feestjes, borrels, kerkdiensten, sportwedstrijden of popconcerten moet het vreselijk zijn deze dingen voor zo’n lange tijd te missen. En dat zonder te weten hoe lang dat gaat duren. Niet voor niets wordt hoe langer hoe meer de vraag gesteld aan de regering om de samenleving perspectief te bieden.

Een introvert als ik kan massale bijeenkomsten als bovengenoemde missen als kiespijn. En onder massaal versta ik alles wat boven een man of tien uitkomt. Wat dat betreft is de lockdown voor mij geen straf. Gelukkig wordt in Nederland niemand gedwongen naar een voetbalwedstrijd, een kerkdienst of naar Lowlands te gaan. Aan de andere kant word je bij sommige werkgevers wel verwacht bij de vrijdagmiddagborrel en is het werken in een kantoortuin zowat gemeengoed geworden. Daar sta je dan, met je bek vol tanden, gedwongen tot onzinnige smalltalk, je tot het uiterste inspannend om nog enige conversatie te produceren. Om je vervolgens de grond onder je voeten tot lava te schamen omdat wat je dan hebt uitgebracht, eigenlijk bij nader inzien kant nog wal sloeg. En daar zit je dan, in een kakofonie van bellende en overleggende collega’s, terwijl je je probeert te concentreren op het oplossen van een netelig probleem.
Gelukkig komen bovenstaande horrorscenario’s weinig meer voor, in de loop der jaren heb ik geleerd wat meer voor mezelf op te komen. En heb ik de kracht geleerd van het woord “nee”. Met geen vier paarden krijg je mij meer op een borrel en als ik me moet concentreren zorg ik wel dat ik naar een rustige plek vlucht.

Ben ik dan een kluizenaar, of erger nog, een misantroop, die geen mensen om zich heen verdraagt? Iemand die geen behoefte heeft aan sociaal contact? By no means. Sterker nog, betekenisvolle relaties betekenen veel voor me. Mensen zijn me dierbaar. Dat iemand introvert is betekent niet dat hij of zij geen mensen wil zien. Integendeel. Maar, voor mezelf sprekend, niet allemaal tegelijk. Two is company, three is a crowd, zegt het spreekwoord. Voor mij ligt de grens wel wat hoger: bijvoorbeeld een avond met z’n vieren, met een ander stel, is iets waar ik met volle teugen van kan genieten. En sinds ik in 2014 en 2015 mijn twee hobby’s heb opgepakt, astronomie en klimmen, ben ik ook erg gesteld op het contact met mijn waarneem- en klimmaatjes. Maar dat is niet vanzelfsprekend.

Voor de meeste mensen is dit misschien moeilijk te begrijpen. De meerderheid van de bevolking is nu eenmaal extravert of zit ergens tussen introvert en extravert in. Contacten leggen en onderhouden is voor de meeste mensen vanzelfsprekend. Maar voor een minderheid – weliswaar een grote minderheid maar toch – van introverte mensen is het hard werken, met vallen en opstaan. De norm in de samenleving is nu eenmaal extravert, wat zich onder andere uit in de eerder genoemde borrels, kantoortuinen en andere uitvindingen die voor de extravert misschien een zegen zijn maar voor de introvert een vloek.

Wat dat betreft vind ik de lockdown interessant, omdat in feite de norm nu noodgedwongen, tijdelijk wordt verlegd naar een introverte levensstijl. Thuisblijven, social distancing, thuiswerken, geen evenementen. Allemaal zaken die voor een introvert als ik niet heel problematisch zijn. Maar ik begrijp heel goed dat heel veel mensen dit wel missen en reikhalzend uitkijken naar versoepeling van de maatregelen.
Daarom hoop ik deze mensen hierdoor misschien meer begrip hebben voor de groep introverte mensen in de samenleving die dit soort dingen liever mijden. Bijvoorbeeld begrip van werkgevers, die zorgen voor een rustige werkplek – zo mogelijk gewoon thuis – voor hun introverte collega’s, en de vrijdagmiddagborrel tot een vrijwillige, plezierige tijd voor mensen die daar behoefte aan hebben. Maar ook begrip in het algemeen dat niet iedereen behoefte heeft aan grote groepen mensen, terwijl de behoefte aan contacten op kleinere schaal wel degelijk sterk aanwezig is.

Kortom, ik hoop dat het “nieuwe normaal” een situatie wordt waarbij zowel introvert als extravert een plaats heeft, met wederzijds respect. Ook wanneer het coronavirus geen rol meer speelt.

RΞM

 

Deep Darkness reveals Faint Light

Dijkgatsbos, dinsdag 26 april 2020

April is een goede maand geweest voor ons amateurastronomen. Na de avond van dinsdag 21 april ben ik ook zondag de 26e in de gelegenheid om in het Dijkgatsbos te gaan waarnemen. Het is nog volop galaxytijd dus de nadruk ligt vanavond op het gebied Leo – Coma Berenices – Canes Venatici – Ursa Major.

Van deze waarneemavond heb ik ook een kort videoverslag gemaakt, dat een indruk geeft van zo’n avond voor degenen die er minder bekend mee zijn. Het belicht vier van de waargenomen objecten met wat korte uitleg.

Maar dat vervangt natuurlijk geen good old geschreven verslag, dat alle tien de objecten belicht.

1) Tegen half elf ben ik klaar om te gaan waarnemen. Het is nog niet helemaal donker, dus vind ik dit een goede gelegenheid om een bijzonder object op te zoeken dat al langer op mijn todo-list staat maar dat ik helemaal ben vergeten. Dank zij een reactie van @Jef De Wit op een topic van me van begin 2019 werd ik er weer aan herinnerd. Dat ging over onder andere over de rode dwerg Lalande 21185. Toen ik mijn zoon vertelde dat ik een rode dwerg had gezien, vroeg hij of ik ook Wolf 359 zou kunnen zien. Die ster kent hij van Star Trek maar ik had er nog nooit van gehoord. Vanavond ga ik dus kijken of ik hem kan zien. En dat lukt netaan. Als ik de omliggende veldsterren zie (zie de versie met annotatie) dan lijkt mij dat het raak is.

Spectaculair om te zien is de rode dwerg in Leo natuurlijk niet, hij is zelfs veel te zwak om de rode kleur te kunnen onderscheiden. Het blijft bij een hele zwakke grijze stip. Maar nu heb ik tenminste tegen mijn zoon kunnen zeggen dat ik Wolf 359 heb gezien.

2) Een stuk aantrekkelijker is het galaxycluster Hickson 44, ook in de Leeuw. Zeker nu het inmiddels goed donker is. Drie van de vier stelsels, NGC3193, NGC3190 en NGC3185, zijn meteen duidelijk te zien. Nummer vier is een stuk lastiger; daarvoor is aandachtig perifeer kijken en bewegen van de telescoop nodig, zoals ik ook in de video heb proberen uit te leggen. Maar ik durf te spreken van een waarneming als het object duidelijk meebeweegt met het beeldveld. En dat is hier het geval, dus ja, ook NGC3187 is de Sjaak.
De stelsels zijn detailloos en ook de oriëntaie heb ik in deze en andere schetsen waarschijnlijk niet helemaal of helemaal niet goed. Maar ik zie dit soort clusters als één object, en de afzondelijke galaxies als details. Daarom horen galaxyclusters tot mijn favorite objecten. Ook omdat het spel van het vinden van hele zwakke stelsel bij mij ongeveer een vergelijkbare opwinding oproept als het zoeken van paaseieren in mijn kindertijd.

3) Een stuk naar het noorden, net in Ursa Major, ga ik op zoek naar Abell 1367, ook een galaxycluster. Hier zie ik drie stelsels: NGC3550, NGC3552 en NGC3561, ook bekend als Ambartsunian’s Knot. Dit zijn eigenlijk twee stelsels die elkaar gravitationeel flink in de haren zitten, en niet verbazingwekkend, ook een Arp zijn: Arp 105.
Later zal ik nog eens terugkeren naar dit stelsel om te zien of ik het Arp-kenmerk kan ontwaren.

4) De vorige keer heb ik het Coma Cluster opgezocht (Abell 1656). Dat is een rijk cluster met heel veel galaxies, maar die zijn lastig vinden. Dinsdag heb ik er een heel aantal weten te spotten (yes, paaseiereneuforie) maar ook een heleboel laten liggen. Dat is een beetje slordig natuurlijk, dus vandaag keer ik terug om ook de rest netjes op te ruimen. De afgelopen keer heb ik vooral stelsels in en nabij het centrum van het cluster gevonden. Die heb ik in de kaart hieronder weergegeven in blauw. Verder buiten het centrum heb ik er vanavond nog zestien gevonden, waaronder zelfs een undercover NGC verkleed als PGC. De vangst van vanavond heb ik rood gemarkeerd.

5) En als ik zeg dat ik galaxyclusters cool vind, dan meen ik het. Dus ik zoek er gewoon nog een op, deze keer Hickson 68 in Canes Venatici. Dit exemplaar is echt leuk, zelfs op lage vergroting staat het vijftal al te stralen tussen zijn veldsterren. Doorvergroten naar 300x levert en bijzonder fraai schouwspel op, waarbij alle vijf de stelsels duidelijk te zien zijn. De forse NGC5350 moet ovaal zijn maar ik kan zijn oriëntatie maar niet vastleggen. Dit is weer zo’n stinkerd die om z’n as gaat draaien als ik naar hem kijk. Voor straf teken ik hem rond op. Het tweetal NGC5353 en NGC5354 lijkt het helderste van de vijf en vorm een mooi stel ogen. Iets oostelijker tref ik nog NGC5355 en de zwakste, NGC5358 aan.

Als bonus staat er zo’n twee beeldvelden naar het noordoosten nog een mooie kanjer van een galaxy, die dan wel niet bij Hickson 68 hoort maar wel bij de overkoepelende Big Lick Galaxy Group.

Het is al tegen twee uur maar mede door de meegenomen banaan kan ik nog wel even. Tijd voor showpieces, en daarvan staan er inmiddels genoeg op een mooie plek aan de hemel. We gaan richting de zomer.

 

6) Het late voorjaar, en nu later in de nacht, is bolhopentijd bij uitstek. Vorige keer heb ik M13 weer bezocht. Nu is de beurt aan zijn kleine maar niet minder charmante broer M92, net als M13 in Hercules. De seeing is vanavond lang niet verkeerd dus de 6 mm Radian levert bij 300x vergroting een superfijn, fraai beeld op. Fijne sterslierten slingeren vanuit de mooi opgeloste kern.

7) We blijven nog even in Hercules, iets terug naar het oosten. Eenstuk kleiner en minder goed oplosbaar is de veel kleinere NGC6229. Toch vind ik deze bolhoop zeker de moeite waard. Het beeld bij 300x levert een fijne bolhoop op, waarbij ik er niet helemaal uit ben of hij nu wel of niet is opgelost. Soms lijk ik sterpuntjes te zien, dan weer een grillige vlek. En dat vind ik eigenlijk een heel leuk gezicht.

8) Verder naar het westen, de zomerhemel in, geraak ik bij bolhoop M56 in Lyra. Het beeld doet me heel erg denken aan wat ik net bij NGC6229 heb gezien, ook weer zo’n geheimzinnige net wel, net niet opgeloste grillige vlek.

9) Wie Lyra, zegt, zegt natuurlijk Ringnevel M57. Tenminste, dat heb ik in de vorige zin in elk geval gedaan. En dat ding blijft intrigeren: een lichtelijk afgeplatte donut waarvan het gat wat lichter is dan de omgeving buiten de ring. De centrale ster kan ik wederom niet zien, ook niet als ik het beeld barlowblaas naar 600x. Wat ik wel zie, en dat vind ik erg leuk, is het zwakke stelsel IC1296. Het is wel netaan, en het stelsel is bijna stellair, maar hebben zal ik hem.

10) Het leuke van showpiecetijd is dat zwakke objecten dan achterover gaan zitten en niet meer opletten. Dat is IC1296 inmiddels noodlottig geworden en ook NGC6703, eveneens in Lyra, moet eraan geloven. Al is dit stelsel eigenlijk heel duidelijk en een stuk helderder dan de elusieve IC.

En dan is het zomaar 02:54 uur en besluit ik dat het mooi is geweest. En dat bedoel ik letterlijk. Wat een avond, en wat heb ik een hoop moois kunnen zien vanavond. Gelukkig is het Koningsdag en kan ik uitslapen. En dan brak nagenieten van een tweede avond binnen een week die me nog jaren zal bijblijven.